Feest in Clubhuis Indonesia aan de Hugo de Grootstraat 12 te Leiden, 1939 | Leiden | KITLV 31530 | Bijzondere Collecties Universiteit Leiden

Clubhuis Indonesia: verzetsstudenten in Leiden

Aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog wonen er zo’n 800 Indonesiërs in Nederland, waarvan tien procent de oorlog niet zal overleven. Het totaal aantal Indonesische studenten in Nederland is vermoedelijk 150. In Leiden staan maar liefst 100 studenten met roots in voormalig Nederlands-Indië ingeschreven. De meesten van hen studeren geneeskunde of rechten. In 1937 openen Indonesische studenten aan de Hugo de Grootstraat het ‘Clubhuis Indonesia’, het vaste trefpunt voor alle Indonesiërs die aan de Universiteit Leiden studeren. Ze houden er serieuze en feestelijke bijeenkomsten, kunnen er terecht voor een maaltijd of drankje, voor het lezen van kranten en tijdschriften uit Indonesië en voor spel en ontspanning.

Indonesische en Indische studenten zullen tijdens de oorlog disproportioneel actief worden in het verzet tegen de Duitsers. Een deel van de studenten in Leiden van Clubhuis Indonesia sluit zich onder meer aan bij de stakingen rondom het ontslag van Joodse universitaire medewerkers. Deze stakingen leiden uiteindelijk tot de sluiting van de Leidse universiteit in 1940, enkele jaren eerder dan andere universiteiten in Nederland. Onder het motto ‘Eerst Nederland bevrijden, dan Indonesië’ verzetten de studenten zich tegen de Duitse bezetting. Een van de belangrijkste bijdragen aan het verzet wordt de productie van illegale bladen als Madjallah en later De Bevrijding, vol vurige betogen voor de dekolonisatie van Indonesië.

R.M. Rasono Woerjaningrat, toentertijd Indonesisch student in Leiden, kan het zich nog heel duidelijk voor de geest houden:

 “Gevolg van de staking van Leidse studenten was dat de universiteit gesloten werd. We studeerden nog wel verder, lazen boeken en discussieerden met elkaar in het Clubhuis, maar we konden geen examens doen. (….) Voor de PI-Leden was de overgang naar de Duitse bezetting niet zo groot. Wij waren gewend illegaal actief te zijn. Het fascisme vonden we echter erger dan het kolonialisme, omdat het arische ras bovenaan stond. Bovendien kende het facisme geen vrijheid. (…) Met de Duitse bezetting werden alle banden met Indonesië verbroken. Dit was een grote slag, want we hadden geen contact meer met onze familieleden en kregen geen geld meer om te studeren en te leven. Het Ministerie van Koloniën zorgde ervoor dat wij toch maandelijks een toelage kregen.”

Irawan Soejono

Van de Leidse Indonesiërs moeten twee hun verzet tegen de Duitsers met de dood bekopen.   Sidartawan was de drijvende kracht achter het Leidse Clubhuis Indonesië en achter de Perhimpoenan Indonesia (PI), de nationalistische vereniging. Hij sterft in 1942 in Dachau. Irawan Soejono (1920-1945), schuilnaam ‘Henk van de bevrijding’, maakt deel uit van een sectie van de Binnenlandse Strijdkrachten die wordt bemand door Leidse studenten van Indonesische afkomst. Geboren op Oost-Java, emigreert hij kort voor het uitbreken van de oorlog in 1940 naar Nederland. Tijdens de oorlog werkte hij onder andere mee aan het eerder genoemde blad De Bevrijding. Op 13 januari 1945 fietst hij in de Leidse Breestraat in de fuik van een razzia. Hij heeft, verborgen in een jutezak, de stencilmachine bij zich waarop het verzetsblad De Bevrijding wordt gedrukt. Hij probeert vergeefs te vluchten en wordt ter plekke doodgeschoten. Sidartawan en Irawan Soejono, evenals andere Indonesische verzetsleden in Nederland, zullen de onafhankelijkheid van Indonesië op 17 augustus van dat jaar niet meer meemaken.

Meer verhalen?